Hij krijgt een liefdevolle aai over zijn meer dan stoffige neus. Na bijna twee maanden ben ik oprecht van onze V70 T5 gaan houden. Vanaf zijn 250 pk gevoerde mechanische neus tot en met zijn gespoilerde achterkant. Van alles aan hem trouwens, het oogt allemaal net wat robuuster, steviger dan een gewone uitvoering.
Björn, onze beloftevolle gouden koets, hadden we teruggebracht. Doordat de vervoersproblemen nijpend werden, riepen we ons mechanische kind, Anders, (Volvo 164E) terug in ons leven. Glimmend stond hij naar ons te grijnzen op het pad, alsof hij nooit was weggeweest.
We vonden een ander Volvokind op Marktplaats. Een Volvo V70 T5, uit IJmuiden. We besloten kennis te maken. Om ook het mechanische kind, Anders, weer eens een mooi ritje te gunnen besloten we hem naar de bezichtiging mee te nemen.
De verkoper realiseerde zich, toen we met Anders de straat in kwamen rijden, dat hij met een echte liefhebber van doen kreeg. Veel woorden werden er dus niet over het aanstaande Volvo adoptiekind vuil gemaakt; er werd vooral bewonderd en bovenal proefgereden.
Een minuscule beweging aan het gaspedaal ontlokte een diepgaand gerommel en gedonder vanuit de motorruimte. Binnen luttele seconden klom de snelheidsmeter duizelingwekkend omhoog. Van niks naar 160km per uur, in slechts enkele seconden, geen enkel probleem voor een auto van toch reeds 21 jaar oud.
Het Volvokind zelf bleef er stoïcijns onder. Koning van de donder, hij zou Thor gaan heten. Niks geen gebonk of gebok onderweg, geen getril, geen gedoe. Een hyperfijn ritje, vergezeld van een diepe bas vanuit zijn motorruimte, zonder storend te zijn.
Bij het achteruitrijden bleek een aangename ontdekking van parkeersensoren. Niet omdat het moet; het zicht is uitmuntend, maar gewoon, omdat het kan.
We reden terug naar huis in onze Anders, die heerlijk pruttelde alsof hij nooit anders gedaan had, wij ondertussen druk kwebbelend over de vele reismogelijkheden van en met onze Thor, want we waren om. Uiteraard.
Na een zomerse inspectie van het verse stationkind bij de Volvo garage werden er wat kleine aanpassingen en reparaties verricht, onder andere van de airco.
Ons groene kind, onze Thor, heeft ons inmiddels veilig en wel via de Parijse sub-peripherique (A86 want geen milieusticker) naar onze berg in de Franse groene Limousinstreek gebracht.
Liefdevol aai ik hem op de parkeerplaats over zijn stoffige neus; oprecht hoop ik dat Thor nog lang bij ons blijft. Hij hoort bij ons.
Je zou er zowaar volvofan van gaan worden.
😂😂😂
Prachtig. Ik herken dat gevoel! Heel mooi verhaal ❤