Ze was niet kwijt, noch verloren. De meest dappere, mooie, prachtige, stoere vrouw die ik ken stapte vanmiddag weer fris en fruitig terug mijn leven in. Eigenlijk was ze niet echt zoek. Ik kon haar alleen gewoon even niet vinden.
Ze heeft het goed gehad, mijn Bikkelien. Ergens ver weg heeft ze haar batterij op kunnen laden die ik niet meer kon vinden. Meer nog. Een complete accu heeft ze als jachttrofee mee terug genomen.
Met een dosis versgebakken energie waar het zonlicht vanaf lijkt te spatten neemt ze me bij de hand, huppelt mijn leven in, brullend als een leeuwin. Haar sterke klauwen slaat ze naar me uit zonder me te bezeren. Behoedzaam meent ze me in haar armen. Zachtjes fluistert ze, dat ze me gemist heeft en dat het goed komt. En dat ze me nooit meer verlaat zonder fatsoenlijk afbericht.
Terwijl we even later samen met opgetrokken voetjes op de bank hangen en de wijn vrolijk in onze glazen ronddanst, vertelt ze me over haar avonturen. Een glimlach vouwt zich om mijn mond en met ieder woord dat over haar lippen komt voel ik het leven en de kracht terug in me stromen. Met Bikkelien zo dicht bij me voel ik dat mijn hart zich niet alleen opent maar dat het ook weer opwarmt.
Er stroomt een dynamische, niet te stuiten energie mijn huiskamer in waar de vonken van afspatten waarbij het vuur van mijn kachel verbleekt. Met Bikkelien aan mijn zijde kan ik alles en nog veel meer. Mijn hart maakt een sprongetje en mijn ziel juicht. Ze is terug. En behoudens een vakantie laat ik haar nooit meer gaan.
Want ik houd van haar. En het is wederzijds.
1 reactie
Reacties zijn gesloten.
Mooi! Goedzo!