Zomaar een link, van het wee wee wee. Uit Frankrijk. Op Facebook. Huis te koop. Meer nog: boerderij. Met camping. Ik weet niet hoe het kan maar plots bevind ik me in een zelfgemaakte aflevering van “ik vertrek”.
Ik ben op een veldje beland, waarop vijf caravans staan geparkeerd plus vier tenten. Meegebrachte honden rennen rond en blaffen vrolijk. Kindjes spelen met elkaar in een centraal opgesteld speeltuintje met een trampoline. In het toiletgebouw zwaait properheid de scepter en men kan er van de vloer eten. En nee, er ligt niet genoeg want tijdens de gezamenlijke maaltijd van de avond ervoor is alles schoon op gegaan. Een plaatselijk gerecht is met de nodige flessen witte bourgogne en rode bordeaux, soldaat gemaakt.
Tijdens het kampvuur, wat om klokslag acht uur ’s avonds wordt opgestookt, worden er dansjes gedaan en er wordt gezongen. Samen vieren we vakantie, maken we muziek. Wel omstebeurt natuurlijk. Anders gaat het zo door elkaar. De boerderij krijgt een bibliotheek met zelf meegebrachte boeken. Bien sûr. Neem gerust een exemplaar mee terug naar huis en laat er liefst ook eentje achter. Met een boodschap. Voor de volgende vakantievierder.
Op deze manier klinkt het als een avontuur waarin geen plek is voor mislukking. Dat is onzin want natuurlijk gaat er in zo’n Franse film van alles mis. De vergunningen bijvoorbeeld. In Frankrijk schijn je er ongeveer honderddertig te moeten hebben en die verlopen ook ieder jaar weer opnieuw. Sommige vergunningen zijn verleend door ene meneer Fransois Persoult uit 1814 en wanneer u in 2016 open wenst te gaan, dan dient u een vergunning bij Louis Quinze aan te vragen. Juist ja, een verre achterneef van.
En het water, dat moet eraf, van oktober tot april. Iets met wilde zwijnen die over je terroir mogen grazen volgens een plaatselijk natuurwetje uit 1963. En het loodgietersgebeuren, dat moet je afnemen bij de plaatselijke plombeur, zijnde een meneer die doordeweeks een sapeur pompier blijkt te zijn. Het geeft niet. Het hoort zo. Evenals het feit dat het minstens een decennium duurt voor je als “fermette camping Neerlandaise” weer kunt kunt ademen. Zegt lief, die elk jaar nadat wij van vakantie terugkomen, roept dat hij het liefst gisteren een camping in Frankrijk zou gaan beginnen. Elk jaar opnieuw weiger ik, om er überhaupt over na te denken.
Dit keer is het anders. Deze boerderij met camping plus vier slaapkamers, een badkamer twee toiletten en wastafels laat mij niet meer los. Want het zou toch wat zijn #stelnou. Lief zou zijn hart kunnen ophalen met zijn grote hobby, verbouwen. Vindt hij leuk. Ikzelf zou gastronomisch kunnen koken, want natuurlijk zou mijn fornuis van thuis lekker meeverhuizen. Ik heb er niet voor niets mee afgezien, in 2011. Volgens Lief kan zulks niet, iets met propaan en butagas. De onmogelijkheid interesseert me niet. Desnoods leggen we een andere gasleiding met hulp van de plaatselijke plombeur.
Misschien zou ik schrijfles kunnen geven. Niet omdat ik een heel goede schrijfster ben. Meer omdat ik dat leuk vind. Onder het mom: altijd van je afschrijven. Stress thuis laten, komma’s en punten zijn niet belangrijk. De inhoud van het stuk is dat wel. Met wat schrijftafeltjes onder de cypres, of elke andere boom. Met 7700 vierkante meter zijn de schrijfbomen voor het uitkiezen.
Is het een mogelijkheid? Absoluut. Kan het? Geen idee. Is het haalbaar? Weet ik niet. Maar wie nooit iets probeert of uitvindt, eet zijn of haar hele leven spinazie en proeft nooit verse doperwtjes of vers gewassen veldsla. Een ding weet ik gelukkig zeker. Morgenochtend zit ik nog gewoon achter mijn bureau. En wat daarna komt, zie ik dan wel weer.
10 reacties
Reacties zijn gesloten.
Leuk worden we collega,s?
Blijven dromen of gewoon” doen”
Lieve Ria, ik wist dat je deze direct zou zien ;). J. roept het al jaren. En ik roep dan terug: neeee. B. moet examen doen volgend jaar. Aan de andere kant: in Nederland is er nog weinig wat me bindt.
O altijd spannend! Heerlijk zulke kriebels. Bij mij ver te zoeken, maar wie weet komen ze ooit nog terug. IK zou er niet aan moeten denken, een camping oid, maar de man wil wel een theehuis met taartjes beginnen. Aan een fietsroute. En ik verkoop dan mijn zelfgekweekte fruitjes. Welnu, dat was het plan van vroegah.
🙂 Manlief roept het al jaren. Ik droom voorzichtig. En ga zometeen weer gewoon naar mijn werkje 🙂
Maar je weet nooit, natuurlijk 🙂
En die taartjes, aan een fietsroute….vrouwe, goed plan!
Ja dat was het wel, een goed plan, maar ‘t plan was op basis van een meewerkende vrouw. Dus hop, ‘t raam uit ermee!
*kus*
Ik kus u gewoon even terug. Er komt vanzelf een nieuw plan! En ondertussen hou ik u in de gaten met de uwe!
Wow! Wat klinkt dat gaaaaaf! Als dat tafeltje er staat onder de Cypres, schuif ik schrijvend graag een keertje aan…
O jee, het ‘ik vertrek’ virus lijkt toe te slaan. Kijk uit, voor je het weet zit je midden in een verbouwing en kom je tijden later erachter dat er te weinig schaduw op je terras is om daar op je laptop te kunnen werken. Hoe ik dat weet? Nou eh… ervaringsdeskundige.