We hebben kennis gemaakt met de volgende stap in de schoolcarrière van zoon. Een stap richting toekomst waarbij me het gevoel bekruipt, dat mijn voet nog ergens boven de drempel van de vmbo school hangt tijdens de kennismaking ermee, in januari 2011.
De vier vmbo-jaren zijn bijna voorbij. Omgevlogen, in een onbewaakt ogenblik? Neen. Driewerf. Zoon staat weliswaar met zijn voeten voor de examen eindstreep, zijn vmbo-carrière was vooral een periode waarin ons leven regelmatig op de kop stond. Waarbij er elk leerjaar iets gebeurde.
De tijd waarin onze meest dierbare vriend de strijd tegen kanker op een bijzonder verdrietige manier verloor. De periode waarin we ontdekten dat zoon geen concentratiestoornissen had, maar gewoon zeer dyslectisch bleek. Het tijdperk waarin mijn moeder ernstig ziek werd en overleed. We de draad weer oppakten in dat ineens zo grote huis. Waarna we een half jaar later te horen kregen, dat de andere moeder Alzheimer heeft, waarmee we dagelijks met vallen en opstaan leren, om bij leven al afscheid van haar te nemen.
Het was het tijdperk van de grote tweede verbouwing die we niet wilden maar toch moesten uitvoeren. Het werd een grondoorlog, een uitputtingsslag van bijna acht maanden waarin we hysterisch huilden maar waarin we ook regelmatig hebben gelachen met zijn allen. De tijd van place de la beton, waarin het veelal tegenzat en het zo ontzettend vaak regende. Waarbij onze tot woongrot ingerichte schuur tot zevenmaal overstroomde en de energie uit onze lijven trok. De tijd waarin we niet opgaven. Doorwerkten. Omdat het moest.
Tijd vliegt blijkbaar tóch. En dus gingen we vanmorgen met zijn drietjes richting de Mbo-leerfabriek in de stad. Een locatie, waarvoor men van heinde en verre komt. Waarin tal van leervormen en studierichtingen worden vormgegeven voor generaties nieuwe jongelingen, op weg naar hun toekomst. Ik was voorbereid op een enorme schoolfabriek, vol onpersoonlijke ruimtes en waarin vooral veel mensen. Plus lawaai. Want technisch georiënteerde scholing. Met machines.
Dat viel tegen. Of beter moet ik zeggen; het viel reuze mee. Er waren grote ruimtes en het was er druk maar wat me met name is bijgebleven zijn de vele enthousiaste docenten die de tijd namen om alle vragen te beantwoorden die je nu eenmaal hebt, als aanstaande Mbo-leerling en je bijbehorende als figuranten fungerende pasgeboren Mbo-ouders. Ook was de school ruim bevoorraad met enthousiaste eerste- en tweedejaars studenten, die vol overgave allerlei moeilijke trucjes op nog ingewikkelder machines lieten zien. Apparaten waarvan ik hoop, dat zoon er tot in lengte van dagen nog niks mee hoeft maar waarvan zijn ogen spontaan gingen glimmen. Om van lief niet te spreken, die met een brede grijns langs vertrouwde groengekleurde machines liep.
In alle drukte en nieuwsgierigheid op dat grote Er-o-cee gebeurde er iets vreemds met mij. Ik voelde me er thuis, zoals dat vier jaar geleden ook gebeurde toen we kennismaakten met de veel te groot voorgestelde vmbo.
Loslaten.
Wat vind ik dát een klus. Telkens weer.
5 reacties
Reacties zijn gesloten.
Ik was vanmiddag ook bij het Er-o-cee. 😉
Wat vond jij ervan?
Poeh…wat gebeurde er veel, loslaatlastig inderdaad,
tegelijkertijd een mooi moment van stilstaan en verdergaan.
Liefs!
Dank je, Sandra 🙂